Dossier Vuurwerkramp // Verzetprocedure van Bakker tegen weigeringsbeslissing van College van gedeputeerde Staten van Overijssel.
Bij de Rechtbank Overijssel diende vrijdagmiddag 19 aug 2022 een door Rudi Bakker aangespannen verzet-beroepszaak wegens de weigering van GS van Overijssel om hem vanuit het Provinciaal vuurwerkrampdossier hem onbekend zijnde stukken en brieven publiekelijk te maken. GS had reeds een groot aantal documenten aan Bakker verstrekt o.g.v. waarheidsvinding- en openbaarheidsbelangen doch daarbij ook geweigerd enkele essentiële stukken o.a. m.b.t. grond gelegen aan de Tollensstraat te Enschede en een aantal brieven van en naar een lid van de Commissie Oosting.aan hem te verstrekken. De Commissie Oosting werd ingesteld vlak na de ramp van 13 mei 2000 via een zogeheten instellingsbesluit van 29 mei 2022 welk besluit naast de Nederlandse Staat, de gemeente Enschede mede werd ondertekend door de Provincie Overijssel.
Omdat Bakker volgens de rechtbank niet zou hebben gereageerd op een oproep om een nadere toelichting van het beroep te geven werd zijn beroep niet ontvankelijk verklaard waartegen Bakker formeel verzet aantekende omdat hij nimmer een aangetekend verzoek om toelichting en motivering had ontvangen.
Bakker werd ter zitting bijgestaan door zijn juridisch adviseur en GS liet zich vertegenwoordigen door haar jurist De voorzittende bestuursrechter gaf bij begin van de zitting aan dat als uitgangspunt ter zitting zou worden aangehouden de recente post-ontvangst jurisprudentie van Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 16 februari 2022 in de zogeheten CBR-Zaak waarin vervat de wettelijke regels die golden voor de COVID-periode en tijdens die periode.
De juridisch adviseur/gemachtigde van Bakker stelde dat daaraan niet was voldaan.
De rechtbank stelde Bakker in de gelegenheid om binnen 7 dagen afschrift van door rechter aangegeven document ter griffie in te brengen .
Uitspraak binnen enkele weken !