Onderzoek Eurojust naar corruptie

25-08-2022 09:09

Op 5 mei 2022 heeft Eurojust zijn eerste verslag gepubliceerd met daarin de belangrijkste bevindingen van hun onderzoek naar corruptie in de jaren 2016-2021. Er is onderzoek gedaan op basis van 505 corruptiezaken die in die periode bij Eurojust zijn geregistreerd. In het verslag worden juridische en praktische problemen gesignaleerd, oplossingen voorgesteld en suggesties gemaakt voor de beste werkwijzen voor justitiële samenwerking in grensoverschrijdende corruptiezaken.

 

Een juridisch probleem dat door Eurojust wordt genoemd is het feit dat er geen universeel aanvaarde definitie van corruptie bestaat, hetgeen de vervolging van grensoverschrijdende corruptiezaken bemoeilijkt. Daarnaast zijn corruptiezaken vaak complex en zijn er meerdere lidstaten bij betrokken, vaak ook derde landen. De complexiteit kan de nationale autoriteiten ervan weerhouden om actief betrokken te raken bij een corruptiezaak of er in het ergste geval voor zorgen dat er helemaal niet wordt opgetreden. Dit kan worden versterkt door een gebrek aan gespecialiseerde kennis, ervaring en middelen. Eurojust geeft aan te kunnen helpen om de complexiteit van een zaak te verduidelijken door bijvoorbeeld het opstellen van een zaaknota. Het feit dat er vaak derde landen bij corruptiezaken betrokken zijn, illustreert het mondiale karakter van corruptie. Eurojust kan in dergelijke gevallen bijstand verlenen, aangezien ze met 13 derde landen internationale samenwerkingsovereenkomsten hebben gesloten.

 

Verder heeft Eurojust in de afgelopen jaren al een samenwerking aangeknoopt met het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF), maar in de toekomst zal ook een samenwerking met het Europees Openbaar Ministerie (EOM) van belang zijn. Het EOM is een onafhankelijk gedecentraliseerd openbaar ministerie van de EU met een mandaat om daders van strafbare feiten met gevolgen voor de EU-begroting die zijn gepleegd in de 22 deelnemende lidstaten, te onderzoeken en te vervolgen.

 

Om corruptie doeltreffend te bestrijden, is er bovendien een vertrouwelijke samenwerking tussen justitiële autoriteiten nodig én instrumenten om samen te werken met derde landen.

 

Eurojust moedigt daarom de autoriteiten die bij deze zaken betrokken zijn aan gebruik te maken van de steun die Eurojust biedt, zoals de inschakeling van lidstaten en verbindingsfunctionarissen. Ten slotte blijkt uit het verslag dat gemeenschappelijke onderzoeksteams een zeer doeltreffend instrument zijn voor justitiële samenwerking en wordt bevestigd dat zij vaker worden ingezet in corruptiezaken.