Onvrijwillige blootstelling aan elektromagnetische straling van een umts-mast. Nederlandse arts N. van Amstel dient een rekest in bij de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State met verzoek om door de Advocaat Generaal Bestuur

27-11-2015 20:42

Haaksbergen / Egmond a.d. Hoef, 19 oktober 2015

 

Rekest ex art. 8:12a lid 2Awb van arts

N. van Amstel uit Egmond a.d. Hoef

(Gerelateerd aan de sub-judice zijnde

Hoger Beroepzaak 201506265/1/A1)

=================================                                                                             

 

GEEFT EERBIEDIG TE KENNEN :

 

Meneer de Voorzitter,

 

Inleiding.

 

Bij uw Afdeling Bestuursrechtspraak is een hoger beroepsprocedure aanhangig onder rol-

nummer  201506265/1/A1.  Die zaak betreft een hoger beroepsprocedure tegen de uitspraak van de sector bestuursrecht van Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar d.d. 30 juni 2015

ter zake een verlening van een omgevingsvergunning t.b.v. plaatsing van een umts-mast in een woonwijk te Egmond aan den Hoef, gemeente Bergen.

 

Aanleiding.

 

Het rekest ziet op de door de Rechtbank Noord Holland rechtdoende in eerste rechtsinstantie aan vasthouden aan vindplaatsen van jurisprudentie van uw Afdeling en nalaten om op grond van algemeen volksgezondheidsbelang ambtshalve toetsing door te voeren om een in beroepschrift gestelde en ter rechtszitting door de gemachtigde van N. van Amstel aangehaald geduid beweerdelijk wetenschappelijk onderzoeksrapport Cofam-2 te betrekken in haar uitspraak.

 

De Rechtbank Noord Holland  komt aan een beoordeling van de vragen m.b.t. de strijdigheid met de Nederlandse Grondwet niet toe omdat art. 120 van de Nederlandse Grondwet de rechter verbied de toepasselijke nationale wet aan de Grondwet te toetsen, waarvan akte.

 

De Rechtbank Noord Holland behoort tot de rechterlijke macht weshalve had zij o.a. ingevolge de Wet Algemene Bepaling op de gestelde rechtsvraag dienen aan te geven waarom het wel of niet kan worden bezien als een belang dat verzoekers toekomt , omdat het hier ook gaat om het algemene volksgezondheid belang en het belang van handhaving van de eigen grondrechten. zoals het recht op leven en het recht om gevrijwaard te zijn van marteling respectievelijk onvrijwillige blootstelling aan risico’s van elektromagnetische straling alsmede en daarbij gepaard gaande onzekerheden. 

Andere inwoners buiten EU-lidstaat Nederland kunnen toepasselijke nationale wetten laten toetsen aan de Grondwet.  Nederlanders, i.c. dr. van Amstel, is die waarborg onthouden en wordt daardoor t.o.v. andere inwoners van EU-lidstaten in een moeilijker procespositie gedrukt. ( uitholling van nationale rechtsmiddelen helpt andere EU-lidstaat-inwoners aan toetsing van de wet aan de nationale Grondwet doch niet in Nederland) .

 

Echter  handhaving van grondrechten is een belang die verzoeker  dr. Van Amstel wel toekomt. Alle EU-lidstaten hebben een Constitutioneel Hof behalve Nederland. Deze vormen absolute mensenrechten waarop  een rechtsstaat geen beperkingen mag toegestaan. Vermoedt een rechter dat deze absolute fundamentele rechten door het besluit kunnen worden geschonden, dan vergt een rechtsstaat dat deze schendig wordt voorkomen.

 

In deze door een arts gedane beroep middels indiening van dit rekest gedane beroep op de eerbiedigende werking van artikel 8:12a  Awb omdat het een zaak van zowel individueel als wel algemeen gezondheidsbelang betreft ligt een welwillend oor van u als voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak in de rede.  De beantwoording van deze  belangrijke rechtsvraag middels het nemen van een conclusie door de Advocaat Generaal Bestuursrecht van de Raad van State  kan van belang zijn voor de rechtseenheid zowel in Nederland als wel binnen de EU  of de rechtsontwikkeling in het licht van de vigerende  Nederlandse voorzorgsbeginsel ex art.  artikel 191 lid 2  (juncto artikel 168) van het. Verdrag  Werking van de Europese Unie.

 

Het vasthouden door de Gezondheidsraad respectievelijk de Gezondheidsraadcommissie Elektromagnetische Velden aan het COFAM-2 rapport in haar adviseringen  aan de Nederlandse regering in casu het Ministerie van Volksgezondheid welke rapport riekt naar wetenschapsfraude o.a. vanwege het weglaten van het dataverkeer en outliers rechtvaardigen het rekest omdat zowel de omgevingsvergunningverleners ( meestal dagelijks besturen van gemeenten) alsmede de Sectoren Bestuursrecht van de onderscheidenlijke Rechtbanken zich dienen te conformeren aan de jurisprudentie van de Afdeling. Het komen tot wijziging van de jurisprudentie rechtvaardigt in dit geval de toepassing van art. 8:12a Awb en doet recht aan alle partijen.

 

De te nemen conclusie door de Advocaat-Generaal Bestuursrecht van de Raad van State is niet bindend t.a.v. de voorliggende Hogere Beroepsprocedure maar zou echter er wel toe kunnen leiden voor U respectievelijk Uw Afdeling om op grond van het Algemeen Belang over te gaan tot het stellen van  pre judiciële vragen.

 

Gelet op het door verzoeker in dit rekest gestelde heeft verzoeker  daardoor zowel als belanghebbende binnen de Awb als wel in zijn hoedanigheid als medicus het belang naar voren gebracht dat de Advocaat- Generaal Bestuursrecht komt tot zijn conclusie, als bedoeld in artikel 8:12a Awb. Ook om die reden ligt voor u het vragen van een Conclusie aan de Staatsraad Advocaat-Generaal in de rede.  Te bepalen ware hiertoe dat het hoger beroep wordt geschorst gedurende de behandeling van dit rekest.,

 

De behandeling.

 

Te bepalen ware hiertoe dat het hoofdgeding i.c. het Hoger Beroep wordt geschorst gedurende de behandeling van dit rekest.

 

VERVOLG

 

Bij schriftuur d.d. 26 november 2015 verzekert de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State aan appellant N. van Amstel dat de inhoud van het rekest bij de beoordeling van het hoger beroep zal worden betrokken en dat hij zijn standpunten ter zitting in mag brengen.

 

 

EMLS

=====

Utrecht / Haaksbergen / Egmond a.d. Hoef, 27 november 2015