Verruiming klachtrecht zorgcliënt.

16-08-2017 08:19

Burgers genieten na de decentralisatie van de taken op het gebied van jeugd, werk en zorg onvoldoende rechtsbescherming. Regeringscommissaris Michiel Scheltema adviseert een verruiming van de mogelijkheden van cliënten om bezwaar aan te tekenen tegen de zorgverlening. Gemeenten voorzien veel meer werk voor de bezwaarschriftencommissies.

Zoals het nu is geregeld, kan een cliënt bij de gemeente in bezwaar gaan tegen een beschikking. Bij de zorgaanbieder kan de zorgcliënt een klacht indienen als de geleverde ondersteuning niet goed is. De zorgaanbieder handelt die klacht vervolgens af en rapporteert de gemeente periodiek over het aantal klachten en de wijze van afhandeling. Een cliënt die vindt dat de zorgaanbieder zijn of haar klacht niet voldoende heeft behandeld, kan een klacht indienen bij de gemeente.

Volgens een advies van regeringscommissaris Scheltema moet die regeling worden verruimd. De kern van zijn voorstel is dat een cliënt niet alleen tegen een beschikking in bezwaar kan, maar straks ook tegen de werkwijze en de zorgverlening van de door de gemeente gecontracteerde zorgaanbieder.

 

Uren ondersteuning

 

Een van de redenen voor de door Scheltema voorgestelde wijziging is dat gemeenten steeds vaker het zogeheten ‘gewenste resultaat’ beschikken en niet meer het aantal uren ondersteuning. Een cliënt zal tegen die beschikking niet in bezwaar gaan omdat hij het eens is met het resultaat. Maar als hij later niet tevreden blijkt te zijn over de geleverde ondersteuning is de termijn voorbij om daartegen in bezwaar te gaan.

Het advies-Scheltema pleit daarom voor een integrale geschilbeslechting, de bezwaartermijn zou moeten worden verruimd van 6 weken naar maximaal 6 maanden. ‘Integrale geschilbeslechting vereenvoudigt de gemeentelijke besluitvorming doordat zij het mogelijk maakt dat de gemeente meer aan de professionele uitvoering overlaat’, aldus Scheltema.

 

Terugvallen

 

Door de manier waarop het nu is geregeld, wordt de bestuursrechter volgens Scheltema welhaast gedwongen eisen te stellen aan het gemeentelijk beleid die nodeloos juridiserend zijn. Gemeenten raken daardoor verstrikt in die juridische eisen, en hebben daardoor volgens hem de neiging terug te keren naar het oude beleid van voor 2015, de periode van voor decentralisatie. Probleem is dat dat beleid niet was gericht op maatwerk en integraal bestuur.

In eerste instantie denkt de commissie Scheltema aan geschillen aangaande de Wmo 2015 en de Participatiewet en de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. De Jeugdwet kan vooralsnog buiten beschouwing blijven omdat de gemeente daar volgens de regeringscommissaris verder afstaat van de uitvoering. De gemeente is niet de enige instantie die beslist over jeugdhulp.

 

Meer werk

 

Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet het er het eerste gezicht naar uit dat de bezwaarschriftencommissies van gemeenten door het nieuwe voorstel er ‘veel meer werk’ bij krijgen: ze moeten bij bezwaar immers niet alleen hun eigen toegangsprocedure beoordelen, maar eveneens een oordeel moeten vellen over  de geleverde ondersteuning van de zorgaanbieder.

Het advies van Scheltema ligt voor in een internetconsultatie die loopt tot 1 november. De gevolgen voor gemeenten zijn nu nog niet allemaal te overzien, maar de VNG voorspelt dat ze voor de werkwijze in de Wmo en de Participatiewet fors zullen zijn. De VNG gaat het advies nader bestuderen en zal voor 1 november reageren op het advies.

 

BRON: Binnenlandsbestuur.NL 

 

===============================

EMLS

Utrecht / Haaksbergen, 16 augustus 2017