Dossier Vuurwerkramp // (12) Rol Minister Remkes van BZK.

05-11-2018 09:20

Als minister van Binnenlandse Zaken, verantwoordelijk voor de directie Brandweer binnen zijn ministerie, heeft de heer Remkes vele documenten ondertekend die te maken hadden met het na-traject van de Vuurwerkramp. Steeds wanneer er weer vragen opkwamen betreffende het optreden van de brandweer tijdens de ramp, heeft minister Remkes deze in niet mis te verstane bewoordingen de kop in gedrukt. Ook stelde hij keer op keer gemeentebesturen en brandweerkorpsen gerust over vuurwerkbranden, die volgens Remkes slechts 'routine blusacties' vereisten. Alsof het een stapel papier betreft, waarbij je op korte afstand en bovenop de opslagplaatsen klimmend, op je gemak kunt gaan blussen. Net zoals we zagen in Enschede op 13 mei 2000. Daarbij maakte minister Remkes gebruik van officiële circulaires met blusvoorschriften aan brandweerkorpsen en door hem ondertekende brieven aan bijvoorbeeld de gemeenteraad van Enschede. Ook de beantwoording van Kamervragen over vuurwerk en het blussen ervan worden door Remkes beantwoord op basis van foutieve rapporten en zijn dus misleidend geweest voor de Kamer. Een korte bloemlezing uit het 50 pagina's tellende hoofdstuk over de rol van minister Remkes:

 

Kamerbrief Remkes Vuurwerkramp (06.5.2003). Minister Remkes schrijft aan de Kamer dat er een eind is gekomen aan de gedoogcultuur op veiligheid en dat het bestuurlijk handhavingstekort is opgeheven. Wat Remkes niet schrijft is dat vele manco's in de Nederlandse regelgeving voor vuurwerk niet zijn aangepakt, zoals de voorschriften voor classificatie, vestiging, opslag en het blussen van vuurwerk. Men heeft alleen de veiligheidsafstanden voor zwaar vuurwerk dusdanig verhoogd dat dit vuurwerk voortaan in het buitenland wordt opgeslagen en bij ieder evenement over de weg dient te worden aangevoerd, met een forse toename van de veiligheidsrisico's op de weg.

 

Overleg Remkes - Kamercommissie (26.6.2003). Minister Remkes geeft de Kamercommissie een woordenbrij van nieuwe organen en procedures. Dit zonder één enkel concreet element waarmee de regelgeving in Nederland verbeterd zou worden tot op het niveau van het buitenland. Wat Remkes hier doet is precies de 'Mushroom treatment': Houd de Kamerleden in het duister, geef ze een hoop shit en ze zijn weer tevreden.

 

Geheimhoudingsverzoek Remkes (27.1.2004). Nadat de rechtbank Amsterdam op verzoek van de nabestaanden van de ramp had besloten dat documenten van de Commissie Onderzoek Vuurwerkramp openbaar gemaakt moesten worden, heeft Remkes met succes beroep aangetekend bij de Raad van State. De bij Oosting afgelegde verklaringen hoeven niet openbaar te worden gemaakt.

 

Brief ex-brandweerofficier aan Remkes (21.2.2004). Aan Remkes wordt gemeld dat de lessen van de explosies in Culemborg (1991) nog steeds in de wind worden geslagen. De maatregelen die na de ramp aan de vuurwerkbranche zijn opgelegd, werken contraproductief (sprinklers en verkeerde bouwvoorschriften). Blussen van eenmaal brandend vuurwerk kan niet. Bij het blussen tijdens de ramp zijn de veiligheidsvoorschriften niet in acht genomen. De leiding heeft toen de brandweermensen een levensgevaarlijke situatie ingestuurd.

 

Brief gemeenteraad Enschede (07.12.2004). De gemeenteraad stelt vragen over de gevarenaanduidingen tijdens de ramp en de betekenis daarvan voor het brandweeroptreden. Ook vraagt de raad waarom Oosting geen aandacht aan deze problematiek heeft geschonken. Tenslotte vraagt de raad naar de (on)wenselijkheid van sprinklerinstallaties, dit in verband met de afwijking t.o.v. het buitenland en de mogelijke onblusbaarheid van eenmaal brandend vuurwerk.

 

Antwoord Remkes aan gemeenteraad (24.3.2005). Minister Remkes stuurt aan de gemeenteraad een bijzonder assertief opgestelde brief die er op neer komt dat de officieel gegeven verklaringen niet in twijfel getrokken mogen worden door de raad. Remkes vermaant de gemeenteraad dat het op dergelijke wijze stellen van vragen, zonder dat er nieuwe informatie is, alleen maar onrust veroorzaakt bij de nabestaanden en slachtoffers van de ramp. De brandweerlieden worden hiermee onterecht in het beklaagdenbankje gezet. De brief van Remkes bevat zeer misleidende informatie over de aangebrachte gevarenaanduidingen tijdens de ramp, over de informatie die werknemers van het bedrijf aan de brandweer gaven en over het soort vuurwerk dat er lag. Remkes zegt hiermee dat het vuurwerkbedrijf rechtstreeks verantwoordelijk is voor de dood van de vier overleden brandweerlieden. De gemeenteraad accepteert vervolgens klakkeloos de uitleg van minister Remkes dat blussen met water toch echt is aangewezen. Remkes bevestigt dat de ons omringende landen weliswaar afwijken qua voorschriften, maar suggereert vervolgens dat zij het voorbeeld van Nederland zullen volgen.

 

PvdA-Kamervragen (6.6.2005). Naar aanleiding van een Oostenrijks onderzoek naar de Vuurwerkramp, waarbij de conclusies van TNO en NFI ter discussie worden gesteld, vraagt de PvdA naar het waarom van de verschillende conclusies uit dit rapport en de Nederlandse rapportages van TNO en NFI en of nader onderzoek door de Onderzoeksraad voor de Veiligheid wellicht geboden is. Minister Remkes ontkent dat er sprake is van verschillen en ziet geen enkele aanleiding voor nader onderzoek. Hij geeft ook aan dat het de Onderzoeksraad vrij staat zelf een onderzoek te starten. Ook dit antwoord van minister Remkes is op alle punten onjuist. Bovendien heeft de onderzoeksraad zelf aangegeven geen onderzoek naar de Vuurwerkramp ter kunnen starten vanwege het onderzoek dat reeds is gedaan door de commissie Oosting.

 

Brief Veiligheidsregio NHN (27.10.2005). De commandant van een veiligheidsregio schrijft aan BZK dat twee van zijn mensen bij de proeven in Polen aanwezig zijn geweest. Hij vraagt BZK om naar aanleiding van de resultaten van die proeven, alsmede n.a.v. de vuurwerkramp in het Deense Kolding (2004), om de bestaande blusvoorschriften aan te passen van offensief (van korte afstand blussen) naar defensief (evacueren, afstand houden en alleen nieuwe brandhaarden bestrijden). Ook moet het in Nederland gebruikte lesmateriaal voor de brandweer worden aangepast.

Bezweren crisis brandweer-BZK (15.11.2005). Er blijkt een crisis te dreigen tussen de brandweer en BZK over deze blusvoorschriften. Deze crisis wordt in detail beschreven in een scriptie die vijf jaar later het licht ziet. Minister Remkes blijkt de crisis m.b.v. TNO-verklaringen te kunnen bezweren. De brandweer blijft twijfels houden, maar durft het niet op een confrontatie aan te laten komen. De crisis wordt gesmoord.

 

PvdA-Kamervragen (25.11.2005). Naar aanleiding van bevindingen van uitgebreide vuurwerkproeven in Oostenrijk vraagt de PvdA aan minister Remkes of de nieuwe inzichten omtrent het optreden van de brandweer geen aanleiding zijn om dit optreden opnieuw te laten onderzoeken. Remkes antwoordt op 31.1.2006 geen reden te hebben om te twijfelen aan de eerdere bevindingen van TNO/NFI en IBR. Er is geen onderzoek nodig.

 

BZK-circulaire blussen vuurwerk (29.11.2005). Minister Remkes stuurt een door hemzelf ondertekende BZK-circulaire rond aan alle gemeentes en brandweerkorpsen. Hij verklaart dat het blussen van vuurwerk in Nederland gewoon een 'routine blusactie' is en blijft. De regels voor vuurwerk in Nederland zijn volgens hem strenger dan in het buitenland. Daarbij verzwijgt minister Remkes dat één container met laag-geclassificeerd vuurwerk in Polen een explosie gaf die heftiger was dan bij de ramp in Enschede. Ook verzwijgt Remkes dat het zwaardere vuurwerk van de klasse 1.3 toch in Nederland opgeslagen mag worden, mits er een door TNO ontwikkelde gaasverpakking omheen zit. Tenslotte verzwijgt Remkes dat de in Nederland gehanteerde classificatiemethode onjuist is en dat daarnaar bij de proeven in Polen ook onderzoek is gedaan om tot een betere classificatie methodiek te komen. Deze misleidende circulaire is, blijkens antwoorden op Kamervragen van minister Grapperhaus op 6 juni 2018, nu nog steeds van toepassing.

 

Minister Remkes aan gemeenteraad Enschede (5.12.2005). In deze brief herhaalt minister Remkes zijn misleidende opmerking t.a.v. de Maasvlakteproeven, die in werkelijkheid risicomijdend waren opgezet. Ook herhaalt hij de foutieve blusinstructies, en herhaalt hij het misleidende beeld als zou Nederland voorop lopen op het gebied van veiligheidsinstructies bij vuurwerk, terwijl de werkelijkheid precies andersom is.

 

Berichten in de pers (7.1.2006). De NOS bericht dat de brandweer geen vertrouwen meer heeft in het vuurwerkbeleid van de overheid en dat brandweerlieden nog steeds levensgevaar lopen bij vuurwerkbranden. Het ministerie BZK bevestigt het verschil van mening met de brandweer, maar minister Remkes wil de bestaande blusvoorschriften niet aanpassen. Hij stelt dat het verschil van mening is gebaseerd op een verkeerde interpretatie van de vuurwerkproeven in Polen. De brandweer is het daar niet mee eens. Verdere berichtgeving bloedt dood.

 

CDA-Kamervragen (21.2.2006). Naar aanleiding van vuurwerkproeven in Oostenrijk vraagt het CDA aan minister Remkes of de bevindingen van een massa-explosie veroorzaakt door slechts een paar kg kruit met verpakkingsmateriaal geen aanleiding zijn om door TNO hernieuwd onderzoek te laten uitvoeren naar de mechanismes van de Vuurwerkramp. Remkes antwoordt geen reden te hebben om te twijfelen aan de eerdere bevindingen van TNO/NFI en IOOV. Er is geen onderzoek nodig.

 

BZK-circulaire vuurwerk en brandweeroptreden (19.12.2006). Aan de besturen van alle gemeentes en regionale brandweerkorpsen wordt nog eens het beeld voorgetoverd dat de vuurwerkproeven in Polen geen verontrustende bevindingen opleverden, dat eerdere proeven op de Maasvlakte uitwezen dat vuurwerk gewoon met water kan worden geblust en dat Nederland de vuurwerkregelgeving beter op orde heeft dan het buitenland. Al deze punten zijn in strijd met de waarheid. Zo was de proefopstelling op de Maasvlakte risicomijdend en de brandweer was het niet eens met de TNO-conclusies uit de Maasvlakteproeven.

 

Concluderend kan worden gesteld dat minister Remkes stelselmatig, jarenlang en tot in detail onwaarheden heeft verkondigd aan belanghebbenden, zoals gemeentebesturen, brandweerkorpsen en de Tweede Kamer. Daar waar Nederland op verwijtbare wijze afweek t.o.v. het buitenland op het gebied van regelgeving, classificatie, veiligheidsafstanden, toepassing van sprinklers, bouwkundige voorzieningen en vestigingsvoorschriften voor de opslag van vuurwerk, heeft minister Remkes dit gepresenteerd als had Nederland een voorsprong op de ons omringende landen.

 

Bron: PvB

https://www.linkedin.com/pulse/12-minister-remkes-van-bzk-paul-van-buitenen/

 

Zie ook:

https://www.ftm.nl/

https://rudibakker.nl/  -  https://twitter.com/rudibakker

https://www.tubantia.nl/enschede/sp-vraagt-om-hoorzitting-over-de-vuurwerkramp~a71172bf/

https://www.rtvoost.nl/nieuws/301096/Vuurwerkramp-Enschede-kleine-20-jaar-na-dato-nieuwe-ontwikkelingen

https://devuurwerkramp.nl/

 

en

 

https://emls.webnode.nl/news/dossier-vuurwerkramp-up-date-1101-bladzijden-review-rapportage-met-915-brondocumenten-noopt-na-18-jaar-tot-een-parlementaire-enquete/

 

===============================

EMLS

Utrecht / Haaksbergen, 5 november 2018